REPORTAGE

 

Gebroeders Bastiaan:
Passie voor geiten ontstaan uit bittere noodzaak
 
De gebroeders Bastiaan uit Zwolle zijn zeventig jaar in de weer met hun hartstocht geitenfokken. Wat begon als bittere noodzaak tegen de ondervoeding, ontaarde in een passie bekroond met linten en bekers.
 
Marten Bastiaan (77) leed op zesjarige leeftijd aan zware ondervoeding. We schrijven het jaar 1933. Tijden van crisis en hoge werkloosheid.
“Elke dag geitenmelk drinken”, klonk het besliste doktersadvies aan pa Bastiaan.

Jan Bastiaan senior, vader van de gebroeders, werkte tot 1937 als visser. De afsluiting van de zoute Zuiderzee ten gunste van het al snel zoete IJsselmeer kostte hem zijn baan.
Om het hoofd boven water te houden, voer hij regelmatig van Kampen naar Amsterdam. Met de boottochten verdiende hij slechts vier gulden. Een periode leefde het gezin van de steun. Ook had vader een los-vaste betrekking bij de gemeente Zwolle.
“Het waren zware tijden”, knikken de gebroeders Bastiaan.

Jan (74): “Ik herinner me nog precies het moment dat we met ons gezin naar de veemarkt in Zwolle gingen om een geit te kopen.
Alles ging bij de verkoop per opbod. Gestart werd met dertien gulden, veertien was al geboden. Vader vroeg nogal bezorgd aan moeder, hoeveel heb je in de portemonnee? Nog een gulden extra. Dat bleek net voldoende. We kregen de geit mee voor vijftien gulden”.
 
Sinds de krappe jaren dertig – om precies te zijn 1937 – is de Hollandse melkgeit niet meer weg te denken bij de Bastiaans. Die eerste geit was de basis van sterke generaties waarmee de familie tal van prijzen in de wacht sleepte, “We zijn sinds die tijd lid van de geitenvereniging”.

In de vooroorlogse jaren woonden de Bastiaans op een pachtboerderij aan de Rembrandtlaan in Zwolle. Het gebied aan het Zwarte Water was destijds boer- en tuindergebied. “In de oorlog moesten we opeens ons huis uit”. De Duitse Wehrmacht nam bezit van de pachtboerderij en verbouwde spitskool op het land als voedselvoorziening voor de soldaten. Noodgedwongen verhuisde de familie naar een huis op de middelweg, waar ze van 1940 tot 1957 woonden. Helaas met een stuk minder land. Maar de geiten bleven van de partij.

Een aantal geiten van de familie Bastiaan nam deel aan de Wereldtentoonstelling in Chili. Jan: “Ik heb de geiten nog op de boot afgeleverd in Amsterdam. Ik mocht mee naar Chili om daar de geiten te verkopen, maar ik kon geen Engels. Uiteindelijk is een student is een student van de universiteit van Wageningen meegegaan”.

In 1957 moest de familie opnieuw verhuizen. Ditmaal vanwege de bouw van de nieuwbouwwijk Holtenbroek. De Bastiaans verkasten naar een plekje dicht bij de IJssel, randje Zwolle aan de Schellerweg.
Hier wonen de broers nog steeds. Het ouderlijk huis ademt de sfeer uit van vervlogen tijden. De kasten puilen uit van de gewonnen prijzen. Aan de muur prijken diploma’s, rode rozetten en oorkondes. Tot aan het sterfbed van hun moeder, woonden de twee bij hun ouders. “Nooit zijn we getrouwd. Altijd bij elkaar gebleven,” stelt Marten vast.
 
 
De al weer dertien jaar gepensioneerde gebroeders Bastiaan genieten tot op de dag van vandaag van hun geitenpassie. Voor dag en dauw staat het tweetal op en verzorgt de dieren. De veestapel bestaat uit Vlaamse reuzen, kippen, Hollandse melkgeiten en zelfs een paar ganzen. Twee keer per dag melken, drie keer per dag voederen. Dat is het ritme.

De mond- en klauwzeercrisis in 2001 was voor de broers geen gemakkelijke periode, vertelt Jan Bastiaan. “Wij zaten behoorlijk in de rats. De MKZ-driehoek kwam steeds dichterbij. De ziekte was al in Wijhe. Er zijn keuringsartsen aan huis geweest die bloedmonsters namen en ze ter controle opstuurden naar de gezondheidsdienst Lelystad. Enkele weken daarna kregen we gelukkig het bericht dat alles goed was”.

Marten: ”Sinds de MKZ-crisis is het in Nederland een stuk minder leuk om geiten te fokken. Te veel regels. Vooral in vergelijking met Duitsland en België. Als je nu naar een keuring wilt dan moet er eerst een veearts komen, die een papier ondertekent. Er komt geen bloedmonster aan te pas. Het is allemaal een geldkwestie”.

De aangescherpte regelzucht kon de passie van de broers om met wedstrijden mee te doen niet de kop indrukken. Afgelopen zomer deden de gebroeders als vanouds weer mee aan de kringkeuring van de NCW. De oogst: liefst vier prijzen. Van algemeen kringkampioen melkgeiten Wit tot prijzen in de categorie eigenaarsgroep en voor de fraaiste uier.
Mariska Leoné
"Geitenhouderij", maart 2005

 

WWW.WITTEGEITEN.ORG